Inleiding

Met het begin van het nieuwe jaar zijn er een aantal wetswijzigingen die in werking zullen treden. Een van deze wijzigingen is dat de premie voor het Arbeidsongeschiktheidsfonds zal worden gedifferentieerd. Deze wijziging is opgenomen in artikel 36 van de Wet financiering sociale verzekeringen.[1]

Wettelijk kader

Werkgevers zijn op grond van de Wet financiering sociale verzekeringen premies verschuldigd voor deArbeidsongeschiktheidspremie. De premie die wordt betaald door de werkgevers wordt gebruikt voor de betaling van de volgende uitkeringen voor werknemers: de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WIA) en de Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten (IVA).[2]

Wijziging

Door het voornoemde wetsvoorstel zal de premie die betaald wordt aan het Arbeidsongeschiktheidsfonds niet meer uniform zijn, maar zal deze afhankelijk zijn van de grootte van de onderneming. Kleine ondernemingen zullen een lagere premie betalen dan de grotere bedrijven. 

Het verschil in de premie zal niet meer bedragen dan twee procentpunten. Het doel van de wetswijziging is om de kleine werkgevers een steuntje in de rug te geven om de loondoorbetaling tijdens ziekte beter te kunnen behappen.[3] Ook kunnen kleine werkgevers worden gestimuleerd om vast personeel aan te nemen.

In de brief van de voorzitter van de Raad van Bestuur van het UWV over de uitvoeringstoets van de gedifferentieerde arbeidsongeschiktheidspremie heeft de voorzitter gesteld dat de grens voor een kleine werkgever moet worden opgehoogd van 10 maal het gemiddelde premieloon naar 25 maal het premieloon.

Een nadeel van de wijziging wordt tevens in deze brief genoemd. Er staat onder anderen dat de administratieve lasten voor de werkgevers vergroot zullen worden. De premie zal namelijk in de loonaangifte met extra velden moeten worden aangegeven. Dit zal op zijn beurt ook gevolgen hebben voor de salarisadministrateurs. Dit is wel nadelig voor de kleine werkgevers aangezien zij ondanks het feit dat zij relatief minder premie hoeven te betalen, wel opgezadeld zijn met een verhoging van de administratieve kosten.[4]

[1], ‘Invoering gedifferentieerde Aof-premie en wijziging grenzen kleine en middelgrote werkgever voor Whk-premie (art. 36 lid 2 en art. 38 lid 1 Wfsv)’, Stb. 2021, 340, 19 augustus 2021, pagina 24.

[2] L. van den Berg, in: A.W. Hofman, M.L.M. van Kempen & A.C. Rijkers (red.), Cursus Belastingrecht, Deventer: Wolters Kluwer/ PH.2.3.B.d1.

[3] L. van den Berg, in: A.W. Hofman, M.L.M. van Kempen & A.C. Rijkers (red.), Cursus Belastingrecht, Deventer: Wolters Kluwer/ PH.2.3.B.d1.

[4] Kamerstukken II 2020, 35556, nr. 3.