M. de Kind

De laatste tijd komt de term ‘btw’ veelvuldig terug in de nieuwskoppen. Dit is het gevolg van een door het kabinet voorgestelde maatregel tot btw-verhoging, een rapport van MKB-Nederland en een reactie op het rapport van Menno Snel, de staatssecretaris van Financiën.

Achtergrond

Het regeerakkoord ‘Vertrouwen in de toekomst’ bracht onder andere een hervorming van het belastingstelsel met zich mee. Hiermee beoogde het kabinet verschillen in fiscale behandeling te verkleinen, werken lonender te maken, vervuiling duurder te laten zijn, belastingontwijking aan te pakken en het fiscaal vestigingsklimaat te verbeteren voor bedrijven die hier in Nederland daadwerkelijk economische activiteiten verrichten en banen opleveren. Hiertoe beoogt het kabinet een aantal wijzigingen door te voeren, waaronder een verhoging van het lage btw-tarief van 6% naar 9%.[1] Deze verhoging zou vanaf 1 januari 2019 moeten ingaan.

Btw

Belasting op toegevoegde waarde, ofwel btw, betreft een indirecte belasting over de omzet. Behoudens uitzonderingen zijn de meeste ondernemers deze belasting verschuldigd. Het heffen ervan vindt plaats op grond van de Wet op de omzetbelasting 1968 (Wet OB). Artikel 9 Wet OB bepaalt het tarief. Uit deze bepaling volgt op dit moment dat een drietal tarieven kan worden gerekend, namelijk een standaardtarief van 21%, een verlaagd tarief van 6% voor de levering van goederen en diensten als genoemd in de bij de wet behorende tabel I en een nihiltarief voor de levering van goederen en diensten genoemd in tabel II. De door het kabinet beoogde wijziging ziet aldus op het verlaagd tarief. Dit tarief geldt, ingevolge tabel I, voor voedingsmiddelen, water, agrarische goederen, geneesmiddelen en hulpmiddelen, kunst, verzamelvoorwerpen en antiek, boeken en periodieken.

Protest

Naar aanleiding van deze voorgestelde verhoging gaan partijen in protest. Met name MKB-Nederland, een organisatie die zich inzet voor het midden- en kleinbedrijf, verzet zich vanaf het begin tegen deze kabinetsplannen. Al in september van het afgelopen jaar, toen gedurende de kabinetsformatie bekend werd dat dergelijke plannen bestonden, gaf de organisatie al aan dat een btw-verhoging werkgelegenheid en omzet zal kosten.[2] Inmiddels heeft MKB-Nederland in samenwerking met betrokken branches een quickscan laten uitvoeren door Panteia waaruit blijkt dat de gevolgen van de maatregel inderdaad groot zijn. Het gaat volgens hen om 30 miljoen euro omzetverlies in de kappersbranche, bijna 6 miljoen bij de podiumkunsten, 40 miljoen bij uitgeverijen en 24 miljoen bij de bloemisten. In de grensregio’s zullen gevolgen nog groter zijn: dagrecreatie krijgt een omzetdaling van ruim 450 miljoen euro voor de kiezen, voor brood en gebak is dat 38 miljoen en voor bloemen en planten 23 miljoen.[3] Het liefst ziet de organisatie invoering van de maatregel dan ook verdwijnen.

Geen naheffing

Gisteren, een dag nadat het onderzoek van MKB-Nederland naar buiten kwam, stelde staatssecretaris Snel dat geen naheffing zal plaatsvinden als gevolg van de btw-verhoging.[4] Artikel 20 Algemene Wet Rijksbelastingen (AWR) maakt het mogelijk dat sprake is van een naheffing indien belasting die op aangifte behoort te worden voldaan of afgedragen, geheel of gedeeltelijk niet is betaald. De inspecteur kan dan op grond van deze bepaling de te weinig geheven belasting naheffen. In de onderhavige situatie zou dit het geval kunnen zijn als consumenten nu al een kaartje hebben gekocht voor bijvoorbeeld een concert of voetbalwedstrijd in 2019. Het lijkt hier te gaan om een ‘tegemoetkoming’ van de overheid richting ondernemers. Deze maatregel is namelijk één van de suggesties die MKB-Nederland deed indien de regeling niet van tafel werd gedaan.[5] De vraag is echter wel of, gezien het door MKB-Nederland verrichte onderzoek, de maatregel inderdaad de verstrekkende gevolgen zal hebben zoals door de ondernemersorganisatie wordt gesteld. Waarschijnlijk zal de tijd het ons leren.

[1] Kabinet Rutte III, ‘Regeerakkoord vertrouwen in de toekomst’, paragraaf 2.5.

[2] MKB-Nederland, ‘Btw-verhoging kost banen en omzet’, 19 september 2017.

[3] Taxlive, ‘MKB-Nederland: Stop de btw-verhoging’, 7 juni 2018. Zie ook: E. Basekin, ‘Duizenden mkb’ers dupe btw-verhoging’, De Telegraaf, 6 juni 2018 en L. Berentsen, ‘Ondernemers vrezen omzetverlies door hoger btw-tarief’, Het Financieele Dagblad 6 juni 2018.

[4] ANP, ‘Geen naheffing voor bedrijven na btw-verhoging’, Nu.nl 7 juni 2018.

[5] Taxlive, ‘MKB-Nederland: Stop de btw-verhoging’, 7 juni 2018.